De toonaangevende revalidatiecentra Revant (Breda) en Revalidatie Friesland (Beetsterzwaag) slaan een nieuwe weg in op het gebied van zorg-ICT. Beide organisaties kondigden deze week aan dat ze overstappen op het EPD HiX van ChipSoft. Voor het eerst maken twee grote instellingen zich los van het centraal door branchevereniging Revalidatie Nederland opgezette EPD.


Revalidant centraal

Zowel Revalidatie Friesland als Revant hebben gelijke redenen om te investeren in een EPD. Albert-Jan Mante, voorzitter van de Raad van Bestuur van Revant, geeft aan dat hij - in het belang van de revalidant - het interdisciplinair werken wil ondersteunen met een EPD. “Het tijdig kunnen beschikken over gegevens van de revalidant ondersteunt een goed verlopend revalidatieproces. Een EPD gaat ons helpen bij de onderlinge communicatie en bij de informatievoorziening naar de revalidant.”


Intensiever samenwerken

Ook de uitgebreide ondersteuning om samen te werken met ketenpartners is een belangrijke reden om over te stappen op een nieuw systeem, vertelt Gerrie Eikelboom (Raad van Bestuur) van Revalidatie Friesland. “Bij onze revalidatiebehandelingen stellen we altijd de vraag van de patiënt centraal, dit was ook doorslaggevend in de keuze voor een nieuw EPD. Het snel kunnen beschikken over de juiste medische gegevens is van essentieel belang, voor toekomstige adequate zorgverlening. Met het nieuwe systeem kunnen we straks gemakkelijk en snel patiëntgegevens uitwisselen met onze ketenpartners, waaronder medisch specialisten in ziekenhuizen.”


Brug slaan tussen zorglijnen

Hans Mulder, algemeen directeur van ChipSoft: “Wij zijn heel blij dat deze twee toprevalidatiecentra voor ons hebben gekozen. Mensen denken bij ChipSoft direct aan zorg-ICT voor ziekenhuizen, maar we doen meer. Ook op het gebied van revalidatiezorg, want onder meer de Sint Maartenskliniek, Reade en Capri gebruiken ons systeem al. Het automatiseren van dit soort zorginstellingen past perfect binnen onze ambitie om een brug te slaan tussen de eerste-, tweede- en derdelijnszorg.”